E-health wordt steeds normaler als oplossing in de zorg. Maar vooralsnog is er geen keurmerk voor al de gezondheidsapps die ineens beschikbaar worden voor de gebruiker. E-health-toepassingen verkeren voortdurend in de testfase, dus hoe weet je of een gezondheidsapp werkt?
“Het is niet zoals met een nieuwe pil”, zegt Jaco van Duivenboden in Trouw. Hij is adviseur bij Nictiz, een expertisecentrum e-health. Een nieuwe pil geef je namelijk aan proefpersonen en hun gezondheid wordt vergeleken met hoe ze eraan toe waren voor ze dat ze de pillen slikten. Dat check je weer tegen een controlegroep die het medicijn niet kreeg.
Aan e-health daarentegen, wordt voortdurend aan gesleuteld, aldus Van Duivenboden. Tegen de tijd dat een keurmeester heeft bepaald of bijvoorbeeld een diabetespatiënt kan vertrouwen op de gezondheidsapp die zijn bloedsuiker meet, dan zijn er alweer twee functies toegevoegd door de producent die een oud mankement wegnemen. “Het is schieten op een bewegend doelwit.”
Er is nog niet veel misgegaan met de digitale hulpmiddelen die de zorg veroveren de afgelopen tien jaar. Toch merkt de adviseur dat er enorm veel van e-health wordt verwacht. Het is nogal een containerbegrip, ieder heeft er zijn eigen voorstelling bij, merkt hij.
De behoefte om het kaf van het koren te scheiden is groot, merkt ook Nicky Dankelman. Als projectleider bij Vivium Zorggroep bracht zij onderzoeksinstituten, bedrijven en belangenverenigingen bij elkaar. Samen zoeken ze manieren om ouderen met dementie en hun mantelzorgers te koppelen aan technologie die hen helpt langer zelfstandig te blijven.
Een praktische uitkomst van het project is een online keuzehulp. Op dit moment is die website nog maar een prototype, en leidt niet naar ‘de beste oplossing’, zegt Dankelman. “Er is vaak niet maar één oplossing, het gaat om het onderzoeken van de mogelijkheden. Wat het beste past, is aan de gebruiker.”
“Een medisch hulpmiddel wordt het pas als die app conclusies verbindt aan wat hij meet”, vervolgt hij. “Het streven is om met e-health zorg beter, slimmer en innovatiever te maken. Eén keurmerk en een heleboel bureaucratie helpt niet dat doel te bereiken. Misschien moeten we bereid zijn meer risico’s te nemen.”