Steden staan nog maar aan het begin van het gebruik van data om beleid en operaties te verbeteren. Toch zijn er al grote veranderingen gaande in de vooraanstaande smart cities, zegt Stephen Goldsmith, een professor in overheidszaken aan de Harvard Universiteit. De groei van het Internet of Things en de opkomst van goedkope slimme sensoren die allerlei informatie kunnen vastleggen, dragen bij aan enorme veranderingen.
“Als het gaat om stadsbestuur, zitten we nu in één van de belangrijkste periodes van de afgelopen eeuw”, zegt de professor in The Wall Street Journal, dat een achtergrondreportage maakte over de opkomst van smart cities. Er kan meer en goedkoper informatie worden opgeslagen in de cloud en machines leren steeds beter, waardoor stadsbestuurders geavanceerde analytische tools tot hun beschikking hebben om beslissingen te nemen.
Het artikel in The Wall Street Journal haalt een aantal praktijkvoorbeelden aan, waaronder een probleem met rookmelders in New Orleans. Nadat een gezin met drie kinderen om het leven kwam bij een brand, zocht de brandweer naar mogelijkheden om effectief rookmelders uit te delen. Ze verzamelden data over welke gebieden in de stad waarschijnlijk geen rookmelders hadden en waar het grootste risico lag op doden met brand (ouderen en kinderen). Met andere data kon de brandweer zien welke wijken een geschiedenis hebben met huisbranden. Met geavanceerde slimme machines werd zo een map gemaakt waar de brandweer het beste rookmelders kon uitdelen.
